In het hart van elke industriële faciliteit draaien roterende machines dag en nacht. De sleutel tot het voorkomen van catastrofale storingen en het minimaliseren van stilstand ligt in effectieve conditiebewaking, waarbij ISO 10816 dient als de essentiële benchmark voor de trillingstechnicus.
De ISO 10816-serie stelt een universeel kader op voor het evalueren van trillingsniveaus in verschillende mechanische apparatuur. Door statistische analyse van uitgebreide historische gegevens definieert het trillingslimieten, alarmdrempels en uitschakelvoorwaarden voor verschillende machinetypes tijdens normale werking. Dit stelt ingenieurs in staat om de gezondheid van de apparatuur objectief te beoordelen en potentiële problemen te detecteren voordat ze escaleren.
ISO 10816-1: Algemene richtlijnen voor trillingsevaluatie
Als het basisdocument van de serie biedt ISO 10816-1 basisprincipes voor het meten en beoordelen van trillingen in algemene machines. De norm is van toepassing op niet-roterende onderdelen en classificeert apparatuur op basis van type en bedrijfsomstandigheden.
Machineclassificatie:
- Klasse 1: Kleine machines (pompen, compressoren, ventilatoren) die typisch op stijve funderingen zijn gemonteerd
- Klasse 2: Middelgrote machines (motoren, generatoren, versnellingsbakken) die meestal op stijve funderingen zijn geïnstalleerd
- Klasse 3: Grote machines (stoomturbines, gasturbines, hydroturbines) die vaak op flexibele funderingen zijn gemonteerd
- Klasse 4: Gespecialiseerde machines die een individuele evaluatie vereisen
Evaluatiezones:
- Zone A: Optimale trillingstoestand (geen actie vereist)
- Zone B: Bevredigende toestand (periodieke monitoring aanbevolen)
- Zone C: Onacceptabele trillingen (corrigerende maatregelen nodig)
- Zone D: Kritieke toestand (onmiddellijke uitschakeling vereist)
Gespecialiseerde normen voor kritieke apparatuur
ISO 10816-2: Grote stoomturbines & generatoren
Deze norm behandelt specifiek stoomturbines en generatoraggregaten op landbasis met een capaciteit van meer dan 50 MW (1500-3600 RPM). Het schrijft trillingsmetingen op lagerhuizen voor met behulp van versnellingsmeters of snelheidsopnemers, met bijzondere aandacht voor:
- Optimale plaatsing van sensoren op lagerhuizen
- Triaxiale meting (horizontaal, verticaal, axiaal)
- Stabiele bedrijfsomstandigheden voor gegevensverzameling
- Geavanceerde signaalverwerking om ruis te elimineren
ISO 10816-3: Industriële machines
Van toepassing op motoren >15KW (120-15000 RPM), deze norm evalueert:
- Trillingsamplitude (snelheid RMS of verplaatsing piek-tot-piek)
- Frequentie-spectrumanalyse voor foutdetectie
ISO 10816-4: Gasturbines
Deze norm behandelt de unieke uitdagingen van gasturbines (3000-20000 RPM) en houdt rekening met:
- Effecten van thermische uitzetting
- Verbrandingsinstabiliteit
ISO 10816-5: Hydroturbines
Voor waterkrachtcentrales (60-1800 RPM) biedt het richtlijnen voor:
- Machines met verticale/horizontale as
ISO 10816-6: Zuigermachines
Deze norm richt zich op >100KW zuigermachines en behandelt:
- Pulseigenschappen
- Complexe frequentiecomponenten
ISO 10816-7: Rotodynamische pompen
Voor industriële pompen >1KW stelt het vast:
- Trillingslimieten van lagerhuizen
ISO 10816-8: Zuigercompressoren
Deze norm voorkomt vermoeiingsfalen in:
- Pijpleidingsystemen
ISO 10816-21: Windturbines
Voor 100KW-3MW windturbines op land, bewaakt het:
- Trillingen van de versnellingsbak
- Oscillaties van de toren
Implementatie overwegingen
Hoewel ISO 10816 essentiële benchmarks biedt, vereist effectieve trillingsmonitoring:
- Contextuele analyse van machinespecifieke parameters
- Evaluatie van historische trends
- Integratie met andere conditiebewakingstechnieken
De normen vertegenwoordigen gezamenlijk een uitgebreid kader voor trillingsbeoordeling, waardoor industrieën de operationele betrouwbaarheid kunnen handhaven en ongeplande stilstand kunnen minimaliseren.

